In de wereld van vandaag is Albert Hoeben een onderwerp geworden dat van groot belang is voor een grote verscheidenheid aan mensen. Of het nu vanwege zijn impact op de samenleving, zijn invloed op de populaire cultuur of zijn relevantie op academisch gebied is, Albert Hoeben heeft zichzelf gepositioneerd als een onderwerp van gesprek en debat op alle gebieden. In dit artikel zullen we verschillende aspecten onderzoeken die verband houden met Albert Hoeben, van de geschiedenis en evolutie ervan tot de invloed ervan op het dagelijks leven van mensen. Daarnaast zullen we verschillende perspectieven en meningen over Albert Hoeben analyseren, met als doel een globale en volledige visie op dit fascinerende onderwerp te bieden.
Albert Hoeben | ||
---|---|---|
![]() | ||
Albert Hoeben tijdens de Limburgse veteranendag, Roermond 18 juni 2011
| ||
Geboren | 13 februari 1920 Stramproy | |
Overleden | 10 juli 2014 Stramproy | |
Land/zijde | ![]() | |
Onderdeel | Korps Mariniers | |
Dienstjaren | 1945-1947 | |
Rang | ![]() | |
Eenheid | Mariniersbrigade in Nederlands-Indië | |
Slagen/oorlogen | Politionele acties | |
Onderscheidingen | ![]() |
Albert Hoeben (Stramproy, 13 februari 1920 – aldaar, 10 juli 2014[1]) was een Nederlandse marinier in Nederlands-Indië ten tijde van de politionele acties. Hoeben was een van de langstlevende ridders van de Militaire Willems-Orde uit die periode.
Op 25 maart 1945 trad Hoeben in dienst in Weert als oorlogsvrijwilliger bij het korps mariniers en werd opgeleid in de Verenigde Staten voor de nieuw te vormen Mariniersbrigade. Op 1 november 1945 werd hij tijdelijk korporaal. Op Oost-Java was hij commandant van een mitrailleurgroep en op 16 oktober 1947 werd hij weer als vrijwilliger ontslagen.
Op 29 augustus 1946 streed Hoeben op Oost-Java als commandant bij kampong Gondang. Met een automatische geweergroep slaagde hij erin een door Indonesiërs verdedigde stelling te veroveren.
Zijn groep overmeesterde de Indonesiërs en maakte munitie buit. Korporaal der mariniers Hoeben kreeg bij deze actie drie handgranaten zijn richting uit geworpen, een van deze handgranaten kwam op de rug van korporaal Hoeben terecht en de andere twee naast hem in de greppel, terwijl er werd teruggeschoten graaide Hoeben de handgranaten naar zich toe en gooide ze terug, waarbij er twee ontploften. Daarna gooide hij er nog een van zichzelf en gebruik makend van het stof dat door de inslagen van de handgranaten opwoei, sprong hij over een dijkje, richtte zijn wapen en schoot een tegenstander dood, een tweede richtte zijn wapen op hem waarna hij deze met de kolf van het geweer op het hoofd sloeg. Op dat ogenblik begon een vijandelijke mitrailleur vanuit een bunker te schieten welke door de manschappen van Hoeben werd beschoten. Korporaal Hoeben gooide een toegeworpen handgranaat in de bunker waarna het pleit was beslecht.
Een paar maanden later werd Albert Hoeben benoemd tot ridder MWO der vierde klasse.[2]
Op 17 mei 2009 en op 18 juni 2011 was hij in Roermond een van de eregasten bij de Limburgse veteranendag en op 3 september 2011 was hij tezamen met drie andere ridders MWO eregast bij de Indiëherdenking bij het Nationaal Indië-monument 1945-1962.
Op 29 mei 2009 woonde Hoeben op het Binnenhof de plechtigheid bij waar kapitein Marco Kroon de Militaire Willems-Orde ontving. Op 25 mei 2011 was hij met de dragers van de Militaire Willems-Orde eregast op de nationale veteranendag in Den Haag.