Het volgende artikel gaat in op het onderwerp Cor Goorts, dat grote belangstelling en debat heeft gegenereerd in de huidige samenleving. Vanaf het begin tot het heden heeft Cor Goorts een fundamentele rol gespeeld op verschillende terreinen, van de politiek tot de populaire cultuur. Door de jaren heen is Cor Goorts geëvolueerd en heeft het verschillende betekenissen en connotaties gekregen, wat heeft geleid tot een grote diversiteit aan meningen over de kwestie. In dit artikel worden verschillende perspectieven op Cor Goorts onderzocht, evenals de impact ervan op het dagelijks leven en de samenleving in het algemeen.
Cor Goorts | ||||
---|---|---|---|---|
![]() | ||||
Goorts in 1959
| ||||
Persoonsgegevens | ||||
Volledige naam | Cornelius Josephus Goorts | |||
Geboren | Uden, 11 maart 1917 | |||
Overleden | Wijchen, 14 december 2018 | |||
Geboorteland | Nederland | |||
Beroep(en) | priester, beeldhouwer | |||
RKD-profiel | ||||
|
Cornelius Josephus (Cor) Goorts (Uden, 11 maart 1917 – Wijchen, 14 december 2018) was een Nederlands priester en beeldhouwer.[1]
Goorts groeide op in een landbouwersgezin in Duifhuis, als zoon van Petrus Goorts en Johanna Maria van Haandel. Hij bezocht het kleinseminarie van de kruisheren in Uden en sloot zich aan bij de salesianen om een priesteropleiding te volgen. Hij werd in 1949 in Turijn tot priester gewijd. Hij werd begin jaren 50 aangesteld bij het jongerencentrum op Den Burch (Rijswijk) en was godsdienstleraar aan een ambachtsschool in Den Haag.[2] Hij werd tijdelijk gehuisvest in een oud herenhuis in Den Haag, waar een ruimte kon worden ingericht als kapel. Hij maakte er een altaar van chamotteklei (later verplaatst naar Rijswijk). Zijn overste raadde hem aan meer met zijn talenten te doen,[3] waarna Goorts een jaar les kreeg aan de Rotterdamse Academie en twee jaar aan de Academie van Beeldende Kunsten in Den Haag.[4] Hoewel hij een eigen atelier kreeg in Rijswijk, werd hij niet vrijgesteld van zijn andere taken.[5] Goorts zette zijn kerkelijke loopbaan voort als kapelaan in Limburg, keerde terug naar Zuid-Holland en was vanaf 1973 tot aan zijn pensionering pastoor van de Teresiaparochie in Apeldoorn. Als beeldhouwer maakte hij vooral religieus werk in terracotta en beton, meestal voor kerken en scholen.