In dit artikel zullen we Jan Jiskoot in detail onderzoeken, een onderwerp/datum/persoon die de afgelopen tijd de aandacht van veel mensen heeft getrokken. Jan Jiskoot is een concept/individu/periode dat grote belangstelling en debat heeft gegenereerd in de huidige samenleving, omdat het op verschillende gebieden een aanzienlijke relevantie heeft. In dit artikel zullen we de verschillende aspecten en perspectieven rondom Jan Jiskoot analyseren, met als doel een alomvattende en complete visie te bieden op het belang en de impact ervan vandaag de dag. Vanaf de oorsprong tot de toekomstige implicaties zullen we ons verdiepen in Jan Jiskoot om de betekenis en invloed ervan op de hedendaagse wereld volledig te begrijpen.
Johannes (Jan) Jiskoot (Dordrecht, 3 maart 1940) komt de eer toe de eerste zwemmer uit Europa te zijn geweest, die op de 100 meter vlinderslag (langebaan) onder de destijds magische grens van één minuut dook. Hij deed dat in 1962 bij wedstrijden in Parijs: 59,5 seconden.
Jiskoot kon echter niet alleen op de vlinderslag uit de voeten; de zwemmer die lid was van Merwede en Het IJ was tevens bedreven op de rugslag. Jiskoot won in de periode 1960-1966 niet minder dan veertien Nederlandse titels op de 100 meter rugslag, 100 meter vlinderslag, de 200 meter vlinderslag, de 400 meter wisselslag en de 100 meter vrije slag.
Zijn grootste internationale successen waren de zilveren medaille op de 400 meter wisselslag persoonlijk (tijd 5.05.5) op de EK 1962 te Leipzig en de bronzen medaille, behaald in 1962 met de Nederlandse estafetteploeg op de 4x100 meter wisselslag (tijd 4.10,9) bij de Europese kampioenschappen langebaan in Leipzig. Die aflossingploeg bestond verder uit Jan Weeteling (rugslag), Wieger Mensonides (schoolslag) en Ron Kroon (vrije slag). In de finale bleken de DDR en de Sovjet-Unie sneller.
Jiskoot deed mee aan twee Olympische Spelen, maar noch in Rome noch in Tokio viel hij in de prijzen. Zijn beste individuele prestatie was de zesde plaats op de 400 meter wisselslag in Tokio.
Olympische Spelen (langebaan) in Rome * Twintigste op de 100 meter rugslag 1.05,9 * Achtste op de 4x100 meter wisselslag 4.12,8
Europese kampioenschappen langebaan (50 meter) in Leipzig: * Tweede op de 400 meter wisselslag 5.05,5 * Derde op de 4x100 meter wisselslag 4.10.9 * Zevende op de 4x100 meter vrije slag 3.49,8
Olympische Spelen (langebaan) in Tokio * Zesde op de 400 meter wisselslag 5.01,9 * Tiende op de 4x100 meter vrije slag 3.43,8 * Twaalfde op de 4x200 meter vrije slag 8.27,2 * Negende op de 4x100 meter wisselslag 4.12,6
Europese kampioenschappen langebaan (50 meter) in Utrecht: * Negende op de 400 meter wisselslag 5.04,1 * Zesde op de 4x100 meter wisselslag 4.09,8