Jing-opera

In de wereld van vandaag is Jing-opera een onderwerp dat de aandacht heeft getrokken van miljoenen mensen over de hele wereld. Sinds zijn opkomst heeft Jing-opera een intens en hartstochtelijk debat teweeggebracht, waarbij tegenstrijdige meningen naar voren zijn gekomen en een uitwisseling van ideeën is uitgelokt die het culturele en sociale panorama heeft verrijkt. Omdat var1 blijft resoneren in de hedendaagse samenleving, is het noodzakelijk om alle aspecten die verband houden met dit fenomeen volledig te onderzoeken, vanaf de oorsprong tot de mogelijke implicaties ervan in de toekomst. In dit artikel zullen we ons verdiepen in de fascinerende wereld van Jing-opera, de vele facetten ervan onderzoeken en een panoramisch beeld bieden om de impact ervan op ons leven beter te begrijpen.

Jing-opera
Naam (taalvarianten)
Vereenvoudigd 京剧
Traditioneel 京劇
Pinyin Jīngjù
Jyutping (Standaardkantonees) ging1 kek6
Standaardkantonees Kíng K'èk
Yale (Standaardkantonees) ging1 kek6
Dapenghua Kang K'èk
Peng'im (Chaozhouhua) gian1 giat8
Shanghainees
Andere benamingen Jīngxì 京戏; Guójù 国剧

Jing-opera of Peking-opera is een vorm van Chinese opera. Deze operavorm komt oorspronkelijk uit Peking. Jing-opera is populair in Peking, Tianjin, Shanghai, Taiwan en in Amerikaanse en Japanse Chinatowns. De belangrijkste muziekinstrumenten zijn: huqin, gong en Chinese trommel.

Geschiedenis

Tijdens het vijfenvijftigste regeringsjaar van keizer Qianlong (1790) bezocht hij het zuiden van China. Daar had hij onder andere vier stukken (Sanqingban, Sixiban, Hechunban en Chuntaiban) uit de Hui-opera gezien. Hij vond deze stukken erg mooi, waardoor de stukken in Jing-operavorm kwamen. Andersom beïnvloedde het Jing-opera ook de Hui-opera.

In de negentiende eeuw beïnvloedde de Jing-opera de Hui-opera en Han-opera. In die tijd werd Jing-opera door Qinqiang, Kunqu, Bangzi en Yiyangqiang beïnvloed. Tijdens de Qing-dynastie was de Jing-opera een geliefd vermaak van de keizers.

In 1828 kwam een operagroep uit Hubei naar Peking. Zij namen het Hantiao mee die daardoor tot nu toe nog steeds in de Jing-opera te horen is. De Hubeise operagroep trad vaak samen met mensen van de Hui-opera op, waardoor het later Pihuangxi werd genoemd. Pihuangxi had het Beijinghua opgenomen als voertaal in operastukken, waardoor het later het "Pekingse geluid" werd genoemd.

Later werd de populariteit van Pihuangxi groter. Hierdoor bereikte het ook de stad Shanghai. Toen de inwoners van deze stad hoorden dat de operaspelers Beijinghua praten, dachten ze dat het Jing-opera was en werd het Jingxi genoemd. In bijna heel China werd Jing-opera opgevoerd, waardoor de Chinezen het Guoju noemden, dat letterlijk "opera van het land" betekent.

Tijdens de Culturele Revolutie kreeg Jing-opera net als andere Chinese opera's een communistisch tintje. Dit worden revolutionaire Chinese opera's genoemd. Vele communistische heldenverhalen werden in Chinese opera's vertolkt. Vrouwen speelden een belangrijke rol in de stukken. De verhalen gingen grotendeels over oorlog tegen grootgrondbezitters, Japanners en Guomindangers. Door de communistische Jing-opera werd het Beijinghua en Jing-opera in heel China bekend.

Afbeeldingen

Mediabestanden die bij dit onderwerp horen, zijn te vinden op de pagina Beijing opera op Wikimedia Commons.