Michael Jordan

Michael Jordan
NBA-speler
Michael Jordan in 2014
Persoonlijke informatie
Bijnaam Air Jordan
His Airness
MJ
Positie Shooting guard
Lengte 1,98 m
Geboortedatum 17 februari 1963
Geboorteplaats New York
Clubinformatie
Draft 3e overall, 1984
Chicago Bulls
Actieve jaren 1984–1993
1995–1998
2001–2003
Team(s)
Titels en prijzen
Titel(s)
Prijzen
NBA All-Star 14: 1985-1993, 1996-1998, 2002, 2003
Hall of Fame Class van 2009
Basketbal

Michael Jeffrey Jordan (New York, 17 februari 1963) is een Amerikaans voormalig basketbalspeler en baseballspeler. Michael Jordan wordt gezien als de beste basketbalspeler aller tijden.

College

Jordan speelde tussen 1980 en 1984 collegebasketbal bij UNC (University of North Carolina), de Tar Heels van coach Dean Smith. In de finale van het NCAA-toernooi van 1982 (in de strijd om de nationale titel) scoorde hij (in zijn eerste seizoen als collegebasketballer) de laatste twee punten en bepaalde de eindstand op 63-62 in een overwinning op Georgetown. Dit betekende meteen de eerste titel voor coach Smith. Zowel in 1983 als 1984 werd hij door Sporting News als Player of the Year gekozen en in 1984 ontving hij de Wooden en Naismith Awards, twee van de meest prestigieuze collegetitels voor beste collegebasketballer van het jaar. Hij moest nog aan zijn laatste jaar op de universiteit beginnen, maar besloot om zijn studie voorlopig te onderbreken en te kiezen voor de NBA: hij stelde zich beschikbaar voor de NBA Draft van 1984, waarin NBA teams kunnen kiezen uit nieuw talent, voornamelijk uit het collegebasketbal, maar tegenwoordig ook uit het buitenland.

NBA: de beginjaren

Met de derde keuze kozen de Chicago Bulls Jordan uit de NBA Draft. Iedereen stond versteld dat de tweevoudig Collegespeler van het Jaar niet als tweede werd gekozen, maar de Portland Trail Blazers kozen voor lengte (Sam Bowie), terwijl al duidelijk was dat Akeem Olajuwon (die later een H zou toevoegen aan zijn voornaam) naar 'hometown' Houston zou gaan. Nog voordat zijn carrière van start ging, deed Jordan mee aan de Olympische Spelen van 1984 in Los Angeles, en met Team USA won hij goud (mede-Olympiërs van toen waren o.a. Patrick Ewing en Chris Mullin, met wie hij in 1992 wederom goud zou winnen). In zijn derde wedstrijd als prof scoorde hij al 37 punten, een kleine voorbode van wat komen zou: 49 punten tegen de Detroit Pistons, 5 dagen voor zijn 22e verjaardag. Dit betekende een rookie-record, dat pas verbroken zou worden in 1996/1997 door Allen Iverson. Hij eindigde het seizoen met 28,2 punten gemiddeld en werd bekroond met de Rookie of the Year-Award (Nieuwkomer van het jaar).

In zijn tweede seizoen speelde hij nauwelijks, vanwege een gebroken voet, maar ondanks zijn afwezigheid plaatste Chicago zich voor de play-offs. In de eerste ronde mocht het team uit de Windy City het opnemen tegen de Boston Celtics van Larry Bird, Kevin McHale en Robert Parish. Hoewel ze drie wedstrijden op rij verloren en dus de eerste ronde niet doorkwamen, scoorde Jordan in een van die partijen 63 punten (een play-off-record) en ontlokte daarmee bij Larry Bird de reactie: "I think it's just God disguised as Michael Jordan". Jordan was toen net 23 jaar oud.

De 'outburst' tegen Boston was slechts het begin van wat van Jordan een legende zou maken. In het seizoen '86-'87 werd hij voor het eerst topscorer (o.a. door negenmaal op rij 40 of meer punten te scoren) en met de 37,1 punten per wedstrijd was hij de enige die in de buurt kwam van de statistieken van de legendarische Wilt Chamberlain. Ondanks het scoringsgeweld van Jordan, werden de Bulls voor het tweede jaar op rij met 3-0 door de Celtics uit de play-offs gegooid.

Het seizoen 87/88 staat te boek als een van Jordans beste, hoewel er geen kampioenschap werd gewonnen. Hij werd voor de tweede maal topscorer, werd gekozen tot meest waardevolle speler (MVP), Defensive Player of the Year, MVP van de All Star Game (mede door 40 punten te scoren, een All-Star record), won de Slam Dunk Contest tijdens het All-Star Weekend, en werd gekozen in het All NBA First Team en All Defensive First Team (beide voor de eerste keer). Ditmaal bereikten de Bulls in de play-offs de volgende ronde, maar een nieuwe 'nemesis' werd gevonden: de Detroit Pistons, onder aanvoering van Isiah Thomas, Joe Dumars en het opkomende verdedigende talent Dennis Rodman. De Bulls verloren met 4-1, maar dat werd niet als een schande beschouwd: de Pistons stootten door tot de finale, waarin ze verloren van de Lakers. Zowel in 1989 als in 1990 zouden de Bulls in de Conference Finals (de finale van play-offteams uit het Oosten, waarvan de Bulls deel uitmaakten) verliezen van diezelfde Pistons, die een effectief defensie-systeem hadden bedacht: de "Jordan Rules", die ervoor zorgden dat Jordan continu dubbel en soms door drie man werd bewaakt.

Veranderingen

Doordat de Bulls te veel op Jordan moesten leunen, besloot het management van de club om een aantal spelers van kaliber te halen. Forward/center Horace Grant werd opgesteld en de veelzijdige 'small forward' Scottie Pippen werd gehaald uit dezelfde "draft" (hij was al gekozen door Seattle, maar werd geruild met de door Bulls gekozen center Olden Polynice). De echte verandering kwam in 1989. Coach Doug Collins werd ontslagen en assistent Phil Jackson werd aangesteld als nieuwe Head Coach. Hij en assistent Tex Winters hadden een ingewikkeld systeem bedacht, genaamd de Triangle Offense (ofwel de Triple Post). Het komt er in het kort op neer dat met vijf spelers drie driehoeken worden gevormd. Die driehoeken zijn de pass-lijnen. Deze tactiek was het laatste stukje van de puzzel voor Jordan en zijn team om succesvol te worden. In 1990 lukte dit nog niet echt, maar dat kwam doordat het team nog niet wist hoe ze de Pistons moesten aanpakken. In 1991 veranderde echter alles.

Kampioenen

Voor de vijfde maal op rij werd Jordan topscorer en leidde ze wederom naar de Conference Finals, opnieuw tegen de Pistons. Ditmaal werd de Triangle Offense beter begrepen. De Pistons werden met 4-0 verslagen en de wereld kon zich opmaken voor een tweestrijd tussen Jordan en de leider van de Los Angeles Lakers, Earvin "Magic" Johnson, die zijn team tussen 1980 en 1988 naar 5 NBA-titels leidde. De Lakers legden het af tegen de ontketende Bulls: 4-1. Jordan maakte in een van de finalewedstrijden "The Move": Tijdens een aanval sneed hij door het midden van de bucket, ontving de pass en ging omhoog voor de eenhandige dunk, die hij makkelijk had kunnen maken. Hij zag echter in zijn ooghoek een verdediger van de Lakers aanstalten maken om omhoog te gaan en hij besloot anders: in 'mid-air' veranderde hij van hand en 'scoopte' de bal via de linkerzijde van het bord binnen. Tweemaal zouden de Bulls hun titel met succes verdedigen: in 1992 tegen de Portland Trail Blazers van Clyde "The Glide" Drexler en in 1993 tegen de Phoenix Suns van de MVP van dat seizoen, Charles Barkley (die overigens dat seizoen van Philadelphia overgekomen was). Jordan werd in 1993 de derde speler ooit die in de NBA-finale twee wedstrijden achter elkaar 40 of meer punten maakte (na Jerry West in zowel 1965 als 1969 en Rick Barry in 1967) en de eerste die dat in vier wedstrijden achter elkaar deed.

Moord op zijn vader

Tijdens de play-offs in 1993 ontstond er een controverse rondom Jordan doordat hij gesignaleerd werd terwijl hij aan het gokken was. In datzelfde jaar gaf hij toe meer dan vijftigduizend dollar te hebben verloren met gokken.

Op 6 oktober 1993 kondigde Jordan aan te stoppen met basketbal, omdat hij zijn verlangen om het spel te spelen had verloren. Later zou hij toegeven dat de moord op zijn vader in juli van dat jaar een belangrijke rol had gespeeld bij zijn beslissing om te stoppen.

Honkbalcarrière

Jordan terwijl hij voor de Scottsdale Scorpions speelt.

Jordan verraste de wereld door aan te kondigen professioneel honkballer te willen worden. Hij tekende een contract bij de Chicago White Sox om in de minor league te gaan spelen. De White Soxs leenden hem uit aan Birmingham Barons. Zijn slaggemiddelde was .202. Hij sloeg drie homeruns. Daarmee was Jordan een van de slechtst scorende spelers in de League. In 1994 speelde hij ook voor de Scottsdale Scorpions in de Arizona Fall League. Daar lag zijn slaggemiddelde hoger op .252. Na een conflict met de White Soxs in het voorjaar van 1995 omdat deze Jordan tegen de afspraken in als stakingsbreker willen inzetten in een demonstratiewedstrijd besloot Jordan te stoppen met honkballen. Bij zijn beslissing speelde ook mee dat het perspectief om ooit in de Major League uit te komen klein was.

Come Back Kid

Na zijn hierboven omschreven pensioen, de dood van zijn vader en omzwervingen in de honkbalwereld, keerde Jordan in maart 1995 met drie woorden terug in de NBA: "I'm back". Al in zijn vijfde wedstrijd scoorde hij 55 punten tegen de vijand van de jaren 90, de New York Knicks. In dat jaar werden de Bulls in de halve finales van de Eastern Conference door de Orlando Magic van Shaquille O'Neal en Anfernee "Penny" Hardaway met 4-2 verslagen. Orlando Magic zou uiteindelijk de finale halen en die met 4-0 verliezen van de Houston Rockets van Hakeem Olajuwon (in hetzelfde jaar gedraft als Jordan). De Bulls zouden sportieve revanche nemen.

In zijn eerste volledige seizoen na de comeback werd Jordan voor de achtste maal topscorer van de NBA, maar iets veel memorabelers geschiedde: de Bulls werden het eerste team in de geschiedenis van de NBA (die sinds 1947 officieel bestaat) dat 70 wedstrijden won. Ze wonnen er zelfs 72 van de 82. Er volgden nog meer prijzen voor teamleden: Jordan werd MVP, Phil Jackson werd Coach Of The Year, forward Toni Kukoc werd beste zesde man. In de finals versloegen de Bulls de Seattle Supersonics van Shawn "the Reignman" Kemp en Gary "the Glove" Payton. De Bulls zouden hun titel succesvol verdedigen door tweemaal op rij de Utah Jazz van Hall of Fame-tandem Karl Malone (The Mailman) en John Stockton met 4-2 te verslaan. De Bulls hadden iets voor elkaar gekregen wat zelfs de machtige Celtics in de jaren 50 en 60 niet voor elkaar kregen: twee aparte "Three-Peats" (drie opeenvolgende titels). Jordan won in al die jaren ook de Finals MVP-Award en verbrijzelde daarmee het oude record van "Magic" Johnson (drie).

Tweede comeback: de Wizards

Michael Jordan als speler van de Wizards

Jordan kondigde in januari 1999 voor de tweede maal zijn vertrek aan. In 2000 keerde hij terug naar de NBA, maar niet als speler. De basketballegende werd mede-eigenaar van de Washington Wizards en werd hoofd van de afdeling Operaties van de club. De meningen lopen uiteen over hoe goed hij functioneerde in die positie. Hij wist de club te ontdoen van verschillende duurbetaalde, onpopulaire spelers, zoals Rod Strickland en Juwan Howard. Tijdens de NBA Draft van 2001 maakten de Wizards echter een ongelukkige keuze door als eerste voor Kwame Brown te gaan. De middelbare scholier maakte de verwachtingen in de jaren daarna niet waar.

In de zomer van 2001 maakte Jordan bekend wellicht terug te willen keren in de NBA ondanks uitspraken dat "het 99.9 procent zeker was” dat dat niet zou gebeuren. Hij nam alvast een voorschot door Doug Collins, de voormalige hoofdcoach van de Bulls, te benoemen bij de Washington Wizards voor het nieuwe seizoen. Op 25 september kondigde Jordan aan voor de tweede keer een comeback te maken. In het eerste jaar was hij topscorer van het team, maar speelde slechts zestig wedstrijden vanwege een knieblessure. In 2003 speelde hij voor de 15e keer in een NBA All-Star Game en passeerde daarmee Kareem Abdul-Jabbar als recordhouder aller tijden. In dat jaar speelde hij ook alle wedstrijden mee en scoorde gemiddeld 20 punten per wedstrijd. Ondanks zijn eigen goede optreden behaalde de Wizards geen een keer de play-offs. In 2003 speelde Jordan zijn laatste wedstrijd in de NBA.

Clubeigenaar

Na zijn derde afscheid verwachtte Jordan terug te keren naar zijn oude staffunctie bij de Wizards. In mei 2003 ontsloeg clubeigenaar Abe Polin hem echter. Jordan zei dat hij nooit voor de Wizards zou hebben gespeeld als hij had geweten dat dit zou gebeuren. In de jaren daarna was Jordan veel op de golfbaan te vinden, hield zich bezig met zijn gezin en de promotie van een eigen kledinglijn. Verder was hij eigenaar van een eigen motor raceteam.

Jordan kocht in 2006 een minderheidsbelang in het NBA-team de Charlotte Bobcats. Hij had de volledige zeggenschap over alle basketbalgerelateerde zaken. In februari 2010 verkreeg hij een meerderheidsbelang in de Bobcats. In het seizoen 2011-12 bereikten de Cats een historisch dieptepunt door slechts 7 van de 66 wedstrijden te winnen.

Prijzen

Trivia

Externe links

Logo van de Olympische Spelen 1 Goud 2 Zilver 3 Brons Logo van de Olympische Spelen
2 0 0
Bibliografische informatie Mediabestanden · · Sjabloon bewerken NBA-kampioen 1990-91: Chicago Bulls

2 Hopson · 5 Paxson · 10 Armstrong · 14 Hodges · 23 Jordan · 24 Cartwright · 32 Perdue · 33 Pippen · 34 King · 42 Williams · 53 Levingston · 54 Grant · Coach Jackson

1991-92: Chicago Bulls

5 Paxson · 10 Armstrong · 14 Hodges · 20 Hansen · 23 Jordan · 24 Cartwright · 32 Perdue · 33 Pippen · 34 King · 42 Williams · 53 Levingston · 54 Grant · Coach Jackson

1992-93: Chicago Bulls

5 Paxson · 6 Tucker · 10 Armstrong · 20 Walker · 22 McCray · 23 Jordan · 24 Cartwright · 32 Perdue · 33 Pippen · 34 King · 42 Williams · 54 Grant · Coach Jackson

1995-96: Chicago Bulls

0 Brown · 7 Kukoč · 8 Simpkins · 9 Harper · 13 Longley · 22 Salley · 23 Jordan · 25 Kerr · 30 Buechler · 33 Pippen · 34 Wennington · 35 Caffey · 53 Edwards · 54 Haley · 91 Rodman · Coach Jackson

1996-97: Chicago Bulls

00 Parish · 1 Brown · 7 Kukoč · 8 Simpkins · 9 Harper · 13 Longley · 18 Williams · 23 Jordan · 25 Kerr · 30 Buechler · 33 Pippen · 34 Wennington · 35 Caffey · 91 Rodman · Coach Jackson

1997-98: Chicago Bulls

1 Brown · 5 LaRue · 7 Kukoč · 8 Simpkins · 9 Harper · 13 Longley · 22 Booth · 23 Jordan · 24 Burrell · 25 Kerr · 30 Buechler · 33 Pippen · 34 Wennington · 35 Kleine · 91 Rodman · Coach Jackson