In dit artikel gaan we het hebben over Polydipsie, een onderwerp dat al lange tijd onderwerp van belangstelling en debat is. Polydipsie is een onderwerp dat tot tegenstrijdige meningen heeft geleid, omdat de impact en relevantie ervan op verschillende gebieden van de samenleving onbetwistbaar zijn. Sinds zijn opkomst tot op de dag van vandaag is Polydipsie het onderwerp geweest van studie, analyse en discussie, waardoor we het belang en de reikwijdte ervan beter hebben kunnen begrijpen. In dit artikel zullen we verschillende aspecten onderzoeken die verband houden met Polydipsie, waarbij we alles behandelen, van de geschiedenis tot de invloed ervan vandaag de dag, met als doel een compleet en verrijkend overzicht van dit onderwerp te bieden.
Polydipsie | ||||
---|---|---|---|---|
Coderingen | ||||
ICD-10 | R63.1 | |||
ICD-9 | 783.5 | |||
|
Polydipsie (uit het Grieks: 'πολύ' (poly) = veel, en 'διψάω' (dipsao) = dorsten) is een term in de geneeskunde voor langdurige extreme dorstigheid, of veel drinken, waarbij meestal geen alcoholische drank wordt bedoeld, maar gewoon de hoeveelheid water of waterige vloeistoffen (cola, sinas, koffie, thee, melk) die een patiënt tot zich neemt. ('dipsomaan' is echter wel een wat verouderde term voor een alcoholist).
De vraag die meestal rijst als iemand veel drinkt (en veel plast - polyurie) is de volgende: 'Plast deze persoon zoveel omdat hij (uit vrije wil) zoveel drinkt, of drinkt hij zoveel omdat hij (onvrijwillig, door een ziekte) zoveel plast?'
Het onderscheid tussen 1 en 2 is te maken door een dorstproef, waarbij de persoon een aantal uren niet mag drinken. Als een persoon uit categorie 1 ophoudt met drinken zal de urineproductie snel gaan dalen en de urine geconcentreerd worden. Betreft het echter iemand uit groep 2.2 of 2.3 dan kan iemand snel uitdrogen en eventueel in shock raken - reden om een dorstproef onder goede bewaking, mogelijk zelfs in het ziekenhuis uit te voeren.