Dit artikel gaat in op het onderwerp Vulkanische bom, dat de afgelopen jaren steeds relevanter is geworden. Vulkanische bom is een onderwerp dat de belangstelling heeft gewekt van onderzoekers, experts en het grote publiek, vanwege de impact ervan op verschillende gebieden van de samenleving. Sinds zijn opkomst heeft Vulkanische bom debatten, analyses en reflecties gegenereerd over de implicaties, gevolgen en mogelijke oplossingen ervan. Dit artikel zal proberen een alomvattend beeld te geven van Vulkanische bom, waarbij de oorsprong, evolutie, huidige uitdagingen en toekomstperspectieven worden onderzocht. Het is belangrijk om het belang van Vulkanische bom vandaag de dag te begrijpen, aangezien de invloed ervan zich uitstrekt tot uiteenlopende gebieden als technologie, politiek, cultuur, economie en het milieu.
Een vulkanische bom of lavabom is een groot brokstuk dat bij een vulkaanuitbarsting de lucht in geslingerd is, en/of door een lahar of lava meegenomen is. Na stolling of sedimentatie zal een vulkanische bom deel uitmaken van een pyroclastisch gesteente.
Een vulkaan kan tijdens explosieve erupties grote hoeveelheden brokstukken (klasten) en stof uitwerpen, die tefra worden genoemd. De grootste brokstukken heten vulkanische bommen, kleinere klasten worden lapilli genoemd, en het fijnste materiaal is vulkanische as.
Per definitie worden in de vulkanologie alle tefra groter dan 64 mm aangeduid als vulkanische bommen. Er zijn exemplaren bekend groter dan 10 meter. Van zulke grote brokstukken is het soms moeilijk aan te nemen dat ze ooit door de lucht gevlogen hebben. Soms moet dan ook geconcludeerd worden dat ze met de uitbarsting door een lahar werden meegevoerd.
Soms is in het gesteente een duidelijke structuur van een inslagkrater om de bom heen te ontdekken, maar dit hoeft niet het geval te zijn. Een bom kan na zijn eerste inslag ook wegrollen, of zelfs stuiteren, als het oppervlaktegesteente elastisch genoeg is.