In de wereld van vandaag is Watermeerwijk een onderwerp geworden dat van groot belang is voor een breed spectrum van individuen. Of het nu vanwege zijn impact op de samenleving, zijn relevantie op academisch gebied, zijn invloed op de arbeidswereld of zijn belang in het dagelijks leven, Watermeerwijk zichzelf heeft gepositioneerd als een centraal onderwerp in de huidige gesprekken en debatten. Vanaf het ontstaan tot aan de evolutie ervan in de loop van de tijd heeft var1 de aandacht getrokken van zowel experts als nieuwelingen, waardoor een groeiende belangstelling is ontstaan voor een beter begrip van de implicaties en rol ervan in de wereld van vandaag. In dit artikel zullen we de verschillende aspecten van Watermeerwijk, het belang en de impact ervan op verschillende gebieden onderzoeken, met als doel een alomvattende en verrijkende visie op dit onderwerp te bieden.
Watermeerwijk | ||
---|---|---|
Locatie | Meerwijk (Berg en Dal) | |
Algemeen | ||
Kasteeltype | mottekasteel | |
Bouwmateriaal | hout | |
Gebouwd in | 11e eeuw | |
Gesloopt in | onbekend |
Het kasteel van Watermeerwijk was gelegen in de buurtschap Meerwijk, provincie Gelderland. Het lag op een kunstmatig eilandje in een waterpartij die onderdeel uitmaakte van een Romeins aquaduct en in de 19e eeuw door koning Willem III als visreservoir is gebruikt.
Het mottekasteel zal in de 11e eeuw zijn gebouwd door de waldgraven, die namens de keizer het Rijkswald bij Groesbeek beheerden. In het midden van de 13e noemden de waldgraven zich heer van Groesbeek. Zij verlieten Watermeerwijk om zich in Groesbeek te vestigen, waar ze naast de voormalige koninklijke rijkshof rond 1265 een nieuw houten kasteel bouwden.
Van het oude kasteel Watermeerwijk zouden nog tot in de 15e eeuw restanten zichtbaar zijn geweest.
Uiteindelijk raakten de heren van Groesbeek hun inkomsten uit het Rijkswald kwijt toen de hertog van Gelre vanaf 1404 de mogelijkheid kreeg de waldgraven zelf te benoemen.
Het bosrijke gebied rondom Watermeerwijk werd rond 1650 ontgonnen door de Nijmeegse oud-burgemeester Cornelis Beekman. Het gebied werd omgevormd tot een landgoed. In de 18e eeuw werd aan de zuidzijde van de Meerwijkselaan het landhuis Watermeerwijk gebouwd. Ook werd een sterrenbos aangelegd.
In 1822 kocht J.F.H. Andrée Wiltens het landgoed aan. In 1916 verkocht de toenmalige eigenaar, de familie Bentinck van Amerongen, het landgoed aan de aannemer H. den Breejen van den Bout, die het gebied in 1938 liet omheinen. John Deuss kreeg Watermeerwijk in handen in de 2e helft van de 20e eeuw.
Het 18e-eeuwse landhuis is verdwenen.
Het omgrachte heuveltje waarop het kasteel moet hebben gestaan, is vierkant van vorm en meet 12 bij 12 meter. Het gaat om een kunstmatige heuvel die is ontstaan door het uitgraven van de grachten. Vanwege de geringe afmeting van het eilandje zal het een relatief kleine, houten woontoren zijn geweest.
Er heeft nooit archeologisch onderzoek plaatsgevonden. Het terrein was enige tijd een rijksmonument, maar is uiteindelijk weer van de lijst gehaald.