In dit artikel gaan we dieper in op Wim van Eek en begrijpen we het belang ervan in de huidige samenleving. Wim van Eek is de laatste tijd een onderwerp van grote belangstelling en discussie geweest, en het is essentieel om de impact ervan op verschillende aspecten van het dagelijks leven te begrijpen. Van zijn invloed op de gezondheid en het welzijn tot zijn rol in de economie en de politiek, Wim van Eek speelt een cruciale rol in de manier waarop we leven en omgaan met de wereld om ons heen. Door middel van gedetailleerde analyse zullen we de verschillende facetten van Wim van Eek verkennen en onderzoeken hoe het zich in de loop van de tijd heeft ontwikkeld, evenals de mogelijke implicaties ervan voor de toekomst. Dit artikel probeert licht te werpen op Wim van Eek en een breder beeld te geven van de relevantie ervan in de moderne samenleving.
Wim van Eek | ||||
---|---|---|---|---|
![]() | ||||
Van Eek in 1913
| ||||
Persoonlijke informatie | ||||
Volledige naam | Wilhelmus Martinus van Eek | |||
Geboortedatum | 13 maart 1893 | |||
Geboorteplaats | Batavia | |||
Overlijdensdatum | 12 mei 1967 | |||
Overlijdensplaats | Zandvoort | |||
Positie | Doelman | |||
|
Wilhelmus ("Wim") Martinus van Eek (Batavia, 13 maart 1893 – Zandvoort, 12 mei 1967) was een Nederlands voetballer die als doelman speelde.[1]
In 1909 kwam Van Eek, zoon van J. W. van Eek, directeur van de opiumregie, naar Nederland. Van Eek kwam uit voor GVC uit Wageningen waarmee hij in 1911 en 1912 oostelijk kampioen werd en beide keren de finale om het landskampioenschap verloor van Sparta. Hij behoorde tot de selectie van het Nederlands voetbalelftal voor de Olympische Zomerspelen in 1912 als vervanger van Wiet Ledeboer die geblesseerd geraakt was. Nederland behaalde daar de derde plaats maar Van Eek kreeg geen bronzen medaille omdat hij niet in actie kwam tijdens de spelen. Hierna ging hij voor HFC Haarlem spelen waarmee hij het toernooi om de Zilveren Bal won.[2] Van Eek keerde in 1915 terug naar Nederlands-Indië waar hij eerst procuratiehouder en sinds 1939 directeur was van de N.V. Koloniale Tabak Import Maatschappij v/h G. Klomp.[3][4]