De vraag of persoonlijkheid aangeboren is of voornamelijk gevormd wordt door opvoeding en omgeving, is al lang een onderwerp van discussie in de psychologie. Hoewel de consensus lijkt te zijn dat zowel erfelijkheid als omgevingsfactoren een rol spelen, is de mate waarin dit het geval is nog steeds onderwerp van onderzoek.
Uit verschillende studies blijkt dat de erfelijkheid van persoonlijkheid varieert tussen de 30% en 60%, afhankelijk van het specifieke persoonlijkheidskenmerk. Extraversie is bijvoorbeeld relatief sterk erfelijk, terwijl altruïsme dat minder is. Deze bevindingen suggereren dat erfelijkheid inderdaad een belangrijke rol speelt bij persoonlijkheid.
Een studie die in 2013 werd gepubliceerd, onderzocht de genetische basis van persoonlijkheid door middel van een zogenaamde genomewide associatiestudie. Hierbij werden specifieke genetische variaties geassocieerd met verschillende persoonlijkheidskenmerken. De resultaten gaven aan dat erfelijkheid een belangrijke factor is bij persoonlijkheid, maar dat ook omgevingsfactoren een rol spelen.
Hoewel erfelijkheid een belangrijke rol speelt bij persoonlijkheid, hebben omgevingsfactoren ook invloed op de ontwikkeling ervan. Een onderzoek uit 2017 vergeleek de persoonlijkheidskenmerken van tweelingen die uit elkaar waren geplaatst en in verschillende omgevingen opgroeiden. De resultaten lieten zien dat hoewel de tweelingen vergelijkbare erfelijke aanleg hadden, hun persoonlijkheid kon verschillen vanwege de verschillende omgevingen waarin ze opgroeiden. Dit suggereert dat omgeving een belangrijke factor kan zijn bij het vormen van persoonlijkheid.
Er zijn verschillende omgevingsfactoren die invloed kunnen hebben op persoonlijkheid, zoals opvoeding, sociaaleconomische status en culturele achtergrond. Een studie uit 2011, bijvoorbeeld, toonde aan dat kinderen die opgroeiden in gezinnen met een laag inkomen meer kans hadden op vriendelijkheid en hulpvaardigheid dan kinderen uit rijkere gezinnen. Dit kan verklaren waarom altruïsme minder sterk erfelijk is dan andere persoonlijkheidskenmerken.
Hoewel erfelijkheid en omgevingsfactoren afzonderlijk van invloed kunnen zijn op persoonlijkheid, blijkt uit onderzoek dat het samenspel tussen deze twee factoren minstens zo belangrijk is. Een studie uit 2014 concludeerde bijvoorbeeld dat genetische aanleg en omgevingsfactoren samen verantwoordelijk zijn voor de persoonlijkheidsontwikkeling van adolescenten.
Een ander onderzoek uit 2015 liet zien dat kinderen die genetisch gezien gevoeliger zijn voor stress, meer kans hebben op angststoornissen als ze ook zijn blootgesteld aan stressvolle gebeurtenissen. Dit suggereert dat erfelijkheid en omgeving kunnen interageren, waarbij bepaalde genetische aanleg alleen tot uiting komt onder bepaalde omstandigheden.
Hoewel er nog steeds discussie bestaat over de precieze verhouding tussen erfelijkheid en omgevingsfactoren bij persoonlijkheid, lijkt het erop dat beide factoren een belangrijke rol spelen. Erfelijkheid lijkt vooral van invloed op specifieke persoonlijkheidskenmerken, terwijl omgevingsfactoren meer invloed hebben op het totale patroon van persoonlijkheid. Het samenspel tussen deze factoren blijkt echter minstens zo belangrijk te zijn bij het vormen van persoonlijkheid.