In de All I've Got to Do-wereld zijn er eindeloze aspecten die het verdienen om onderzocht en besproken te worden. Of All I've Got to Do nu een persoon, een onderwerp, een datum of een ander concept is, de relevantie en impact ervan op ons leven wordt duidelijk naarmate we dieper ingaan op de betekenis en gevolgen ervan. Vanaf zijn oorsprong tot zijn evolutie in de loop van de tijd heeft All I've Got to Do zijn stempel gedrukt op de samenleving, cultuur en geschiedenis, en heeft het debatten, reflecties en analyses gegenereerd die ons in staat stellen het belang ervan beter te begrijpen. In dit artikel zullen we ons verdiepen in de wereld van All I've Got to Do om de vele facetten ervan te ontdekken en meer te leren over de betekenis ervan in onze huidige context.
Een van de grote invloeden voor The Beatles was Amerikaanse soulzanger en muziekproducerSmokey Robinson. Lennon gaf toe dat het openingsakkoord en algemene stijl van het nummer geïnspireerd was door Smokey Robinson's You Can Depend On Me.[1] In de Verenigde Staten werd het nummer uitgebracht op Meet The Beatles!, en het nummer was wellicht ook gecomponeerd met de Amerikaanse markt in het achterhoofd: Lennon zingt over een gesprek met een meisje over de telefoon, maar het bezitten van een telefoon was veel gebruikelijker in de Verenigde Staten dan in het Verenigd Koninkrijk.[2][3]
Volgens musicoloog Alan W. Pollack heeft het nummer een exotisch karakter, onder andere door de pentatonische melodie en het gesyncopeerde ritme. Het neuriën op het einde van het nummer is meer dan een "handigheidje", aldus Pollack, maar is een mooi eindpunt voor de onderliggende zelfgenoegzaamheid in de subtekst van de liedtekst: sommige dingen in het leven, zoals de comfortabele balans in een relatie, weerstaat iedere uitdrukking in woorden.[4]
Opname
All I've Got to Do werd opgenomen op 11 september 1963 in vijftien takes.[5] Het nummer werd niet zo vaak gerepeteerd voor het werd opgenomen, waardoor hier en daar fouten tijdens de takes werden gespeeld.[3] Aan de linkerkant van de stereoversie valt het piepende geluid van Ringo Starrsbasdrumpedaal te horen,[2] tevens een gevolg van de 'gehaaste' werkwijze kenmerkend voor de vroege Beatles-albums.
↑(en) Margotin, Philippe, Jean-Michel Guesdon (2007). All the Songs: The Story Behind Every Beatles Release. Black Dog & Leventhal Publishers, New York, pp. 85-6. ISBN 978-1-57912-952-1.
↑ ab(en) Margotin, Philippe, Jean-Michel Guesdon (2007). All the Songs: The Story Behind Every Beatles Release. Black Dog & Leventhal Publishers, New York, pp. 86. ISBN 978-1-57912-952-1.