Odette Filippone is een onderwerp dat de afgelopen jaren de aandacht heeft getrokken van mensen over de hele wereld. Of het nu vanwege de relevantie ervan in de samenleving is of vanwege de impact ervan op het dagelijks leven, Odette Filippone heeft een centrale plaats ingenomen in de huidige gesprekken en debatten. Sinds zijn opkomst heeft Odette Filippone voor nieuwsgierigheid en controverse gezorgd, waardoor het een fascinerend onderwerp is geworden om te verkennen en te bespreken. In dit artikel zullen we alle facetten van Odette Filippone grondig onderzoeken, van de oorsprong tot de impact ervan op de wereld van vandaag, met als doel licht te werpen op dit onderwerp en een dieper inzicht te verschaffen in het belang ervan.
Odette Filippone | ||||
---|---|---|---|---|
Persoonsinformatie | ||||
Nationaliteit | ![]() | |||
Geboortedatum | 11 augustus 1927 | |||
Geboorteplaats | Etterbeek | |||
Overlijdensdatum | 8 augustus 2002 | |||
Overlijdensplaats | Elsene | |||
Beroep | Architect | |||
|
Odette Filippone (Etterbeek, 11 augustus 1927 - Elsene, 8 augustus 2002) was een Belgische architecte. Zij bouwde hoofdzakelijk in de Brusselse periferie landhuizen en flatgebouwen in een modernistische stijl.
Filippone was een der eerste vrouwelijke architecten, afgestudeerd aan het Hoger Instituut voor Architectuur La Cambre te Brussel. In 1950 behaalde ze haar diploma, terwijl ze actief was in het atelier van Jean De Ligne.
Ze trad in het huwelijk met architect Jean-Pierre Blondel die net zoals zij gestudeerd had in La Cambre. Uit dat huwelijk werd onder meer de zoon Pierre Blondel geboren die hetzelfde beroep koos als zijn ouders.
Odette Filippone werkte autonoom tot 1953. Vanaf dan engageerde ze zich met haar echtgenoot en met Lucien Jacques Baucher in het bureau "Baucher-Blondel-Filippone". Ze werkte kort na de Tweede Wereldoorlog, tijdens een episode waarin de vraag naar nieuwe gebouwen groot was.
Voor de Wereldtentoonstelling van Brussel in 1958 ontwikkelde ze samen met René Sarger en met haar twee compagnons het paviljoen "Marie Thumas" .
Vanaf 1964 werd het drieledige collectief ontbonden en bouwde elk van de leden volgens een meer persoonlijke visie en stijl. Niettemin werkte ze nog bij herhaling samen met haar echtgenoot.