In de wereld van vandaag heeft Pogona de aandacht en interesse van een groot aantal mensen getrokken. Of het nu komt door de impact ervan op de samenleving, de relevantie ervan in de geschiedenis, de invloed ervan op de populaire cultuur of het belang ervan in het professionele veld, Pogona is een onderwerp geworden dat van groot belang is voor een breed publiek. Meer leren over Pogona is niet alleen een manier om onze kennis uit te breiden, maar ook om de wereld om ons heen beter te begrijpen. In dit artikel zullen we verschillende aspecten onderzoeken die verband houden met Pogona, waarbij we de oorsprong ervan analyseren, de evolutie ervan in de loop van de tijd, de impact ervan op verschillende gebieden en de toekomstperspectieven die dit onderwerp ons biedt.
Pogona | |||||||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
![]() | |||||||||||||||||
Dreighouding van Pogona barbata. | |||||||||||||||||
Taxonomische indeling | |||||||||||||||||
| |||||||||||||||||
Geslacht | |||||||||||||||||
Pogona Ahl, 1926 | |||||||||||||||||
Afbeeldingen op ![]() | |||||||||||||||||
Pogona op ![]() | |||||||||||||||||
|
Pogona is een geslacht van hagedissen uit de familie agamen (Agamidae).
De wetenschappelijke naam van de groep werd voor het eerst voorgesteld door Ernst Ahl in 1926.
Er zijn zeven soorten waarvan de dwergbaardagame (Pogona henrylawsoni, 1985) de meest recent beschreven soort is. De verschillende soorten worden wel baardagamen genoemd. Veel van de agamen behoorden vroeger tot het geslacht Amphibolurus.[1] Een ondersoort van Pogona minor (Pogona minor minima) wordt door sommige bronnen als een aparte soort beschouwd.
Alle soorten hebben een dorsaal afgeplat lichaam en een grote ronde kop. De trommelvliezen zijn goed zichtbaar. De staart is ongeveer twee keer zo lang als het lichaam. De verschillende soorten hebben vaak kleine stekeltjes aan de kop, de flanken en de staart.[2]
De soorten komen voor in delen van Australië en leven in de staten New South Wales, Noordelijk Territorium, Queensland, Victoria, West-Australië en Zuid-Australië.[1]
De habitat bestaat uit droge savannen en halfwoestijnen, scrubland en droge tropische en subtropische bossen.[3]
De agamen kennen een goed ontwikkelde vorm van communicatie, bestaande uit het zwaaien met de poten en het knikken met de kop. Op het menu staan zowel kleine ongewervelden zoals insecten als plantendelen zoals fruit.
Door de internationale natuurbeschermingsorganisatie IUCN is aan zes soorten een beschermingsstatus toegewezen. Alle soorten worden beschouwd als 'veilig' (Least Concern of LC).[3]
Het geslacht omvat de volgende soorten, met de auteur en het verspreidingsgebied.
Naam | Auteur | Verspreidingsgebied |
---|---|---|
Pogona barbata | Cuvier, 1829 | Australië (New South Wales, Queensland, Victoria, Zuid-Australië) |
Dwergbaardagame (Pogona henrylawsoni) | Wells & Wellington, 1985 | Australië (Queensland) |
Pogona microlepidota | Glauert, 1952 | Australië (West-Australië) |
Pogona minor | Sternfeld, 1919 | Australië (Noordelijk Territorium, West-Australië, Zuid-Australië) |
Pogona mitchelli | Badham, 1976 | Australië (Noordelijk Territorium, West-Australië) |
Pogona nullarbor | Badham, 1976 | Australië (West-Australië, Zuid-Australië) |
Baardagame (Pogona vitticeps) | Ahl, 1926 | Australië (New South Wales, Noordelijk Territorium, Queensland, Victoria, Zuid-Australië) |
Referenties
Bronnen