Onvruchtbaarheid

Uiterlijk naar zijbalk verplaatsen verbergen Bloem van parnassia met vertakte (steriele) staminodia

Onvruchtbaarheid is het zich niet kunnen voortplanten bij dieren en planten. Sommige vormen van onvruchtbaarheid kunnen worden behandeld. De wetenschappelijke term voor onvruchtbaarheid is infertiliteit.

Planten

Bij planten worden organen die eerder een functie hadden bij de voortplanting, maar deze in de loop van de evolutie verloren hebben steriel of onvruchtbaar genoemd. Zo zijn staminodia steriele meeldraden en hebben vaak een andere functie gekregen.

In de landbouw wordt het begrip onvruchtbaarheid ook gebruikt voor grond die niet of nauwelijks geschikt is voor beplanting.

Mens

Esculaap Neem het voorbehoud bij medische informatie in acht.
Raadpleeg bij gezondheidsklachten een arts.
Infertiliteit
Coderingen
ICD-10 N46, N97.0
ICD-9 606, 628
DiseasesDB 21627
MedlinePlus 001191
eMedicine med/3535med/1167
MeSH D007246
Portaal  Portaalicoon   Geneeskunde

Hoewel de definitie van onvruchtbaarheid dus heel ruim ligt, gaat de rest van dit artikel in op onvruchtbaarheid bij de mens.

Infertiliteit

Er is sprake van infertiliteit als onomstotelijk is vastgesteld dat bij een (echt)paar één of beide partners niet in staat is om nakomelingen te krijgen. Zolang dat niet is vastgesteld, wordt gesproken van subfertiliteit, verminderde vruchtbaarheid.

In Nederland wordt de diagnose subfertiliteit vastgesteld als bij een (echt)paar:

Primaire versus secundaire subfertiliteit

Primaire subfertiliteit is verminderde vruchtbaarheid terwijl er nog niet eerder een zwangerschap is geweest. Bij secundaire subfertiliteit is er al eerder een zwangerschap geweest.

Oorzaken

Een mens kan onvruchtbaar zijn door verschillende redenen. In naar schatting 30 procent van de gevallen ligt de oorzaak van vruchtbaarheidsproblemen bij de man (andrologische factor), in 30 procent van de gevallen bij de vrouw, en in 30 procent van de gevallen bij beiden. In 10 procent van de gevallen wordt de oorzaak nooit duidelijk, de idiopathische subfertiliteit, ofwel onbegrepen onvruchtbaarheid.

Ongunstige leefstijlfactoren Onvruchtbaarheid bij de man

Bij de man wordt onvruchtbaarheid veroorzaakt door een tekort aan goed gevormde zaadcellen in het sperma. Mogelijk zijn er te weinig zaadcellen (oligozoöspermie) of het sperma bevat helemaal geen zaadcellen (azoöspermie). Ook als er wel voldoende zaadcellen zijn, kan het zijn dat de kwaliteit van de zaadcellen te laag is. Een te lage kwaliteit kan liggen aan een verminderde beweeglijkheid van de zaadcellen (asthenozoöspermie), maar het kan ook zijn dat er te veel zaadcellen zijn met abnormale vorm (teratozoöspermie).

Onderliggende oorzaken van mannelijke onvruchtbaarheid kunnen zijn:

Om vast te stellen of een man verminderd vruchtbaar is wordt meestal een semenanalyse gedaan. De semenanalyse is echter een van de slechtst gevalideerde testen in de gehele geneeskunde. Als men hetzelfde monster in verschillende laboratoria laat onderzoeken kan men geheel verschillende uitslagen krijgen.

Onvruchtbaarheid bij de vrouw

Een vrouw kan onvruchtbaar zijn door een impermeabel celmembraan bij de eicel of omdat er helemaal geen eicellen geproduceerd worden. De eierstokken kunnen ook helemaal ontbreken.

Bij een fertiliteitsprobleem kunnen de volgende vrouwelijke factoren een rol spelen:

Onvruchtbaarheid bij wisselwerking tussen man en vrouw

Diagnose

Basaal Vruchtbaarheidsonderzoek

Een paar dat te maken heeft met uitblijvende zwangerschap zal zich eerst moeten wenden tot de huisarts. Deze voert een basaal vruchtbaarheidsonderzoek uit. Hierbij wordt gecontroleerd of er geen sprake is van een seksueel overdraagbare aandoening (SOA). Ook worden een aantal vragen gesteld waaruit moet blijken of er vroeger misschien infecties of ongelukken zijn gebeurd, of dat er vruchtbaarheidsproblemen in de familie voorkomen. Bij de man wordt vaak een semenanalyse gedaan.

Oriënterend fertiliteitsonderzoek

Na het bezoek aan de huisarts volgt vaak een doorverwijzing naar een specialist, dit is meestal een gynaecoloog die al dan niet gespecialiseerd is in fertiliteit: een fertiliteitsarts. Deze voert een oriënterend fertiliteitsonderzoek (OFO) uit:

Verdergaande diagnoses

Behandeling

Als er bij de diagnose een duidelijke oorzaak wordt gevonden, wordt eerst geprobeerd deze oorzaak weg te nemen.

Daarnaast zijn de volgende behandelingen gebruikelijk:

Frequentie

Ongeveer 20% van de Nederlandse paren bezoekt op enig moment in hun leven een huisarts met de klacht geen kinderen (meer) te kunnen krijgen. Circa 15% wordt doorverwezen naar een specialist. Van degenen die een specialist bezoeken blijkt twee derde (dat wil zeggen 10% van het totaal) te voldoen aan de bovenstaande definitie voor subfertiliteit.

Zie ook

Externe links

Noten

  1. a b NVOG (2004) "Oriënterend Fertiliteitsonderzoek", NVOG Richtlijnen, Definities. Geraadpleegd op 22 januari 2010
  2. a b GoedGevoel.be (8 juli 2008) "4 kopjes koffie per dag schaden vruchtbaarheid vrouw". Geraadpleegd op 4 februari 2010
  3. Koffie zorgt voor trage eileiders | ScienceFlash 25 mei 2011
  4. (en) Rachel Gurevich (2 oktober 2009) "Caffeine and Fertility - Does Caffeine Affect Fertility?", About.com Guide. Geraadpleegd op 4 februari 2010
  5. Ook man met kinderwens moet drank laten staan: 'Zwanger worden doe je samen'. Geraadpleegd op 5 september 2018.
  6. Kinderwensspreekuur "Subfertiliteit bij vrouwen met overgewicht"
  7. (en) BBC News (21 december 2008) "IVF weight limit 'not justified'". Geraadpleegd op 4 februari 2010
  8. Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid "Giftige stoffen voor de voortplanting: informatie voor werkgevers". Geraadpleegd op 4 februari 2010
  9. Freya (november 1999) "Herhaalde miskramen (habituele abortus): mogelijke oorzaken"
  10. NVOG (8 juni 2007) "Herhaalde Miskraam, Versie 2.0", NVOG-richtlijnen. Geraadpleegd op 25 januari 2010
  11. Freya (maart 2000) "Pré-implantatie Genetische Diagnostiek". Geraadpleegd op 4 februari 2010
  12. IVF centrum Düsseldorf (2007) "Patiënteninformatie Poollichaamonderzoek". Geraadpleegd op 4 februari 2010