Polzegge

In de wereld van vandaag is Polzegge een onderwerp geworden dat van groot belang is voor verschillende sectoren van de samenleving. De impact van Polzegge is op meerdere gebieden tot uiting gekomen, van politiek tot technologie, inclusief cultuur en economie. Het valt niet te ontkennen dat Polzegge tot een diep debat heeft geleid en over de hele wereld grote belangstelling heeft gewekt. In dit artikel zullen we verschillende aspecten onderzoeken die verband houden met Polzegge, waarbij we de invloed ervan in verschillende contexten en de relevantie ervan vandaag analyseren.

Polzegge
Polzegge
Taxonomische indeling
Rijk:Plantae (Planten)
Stam:Embryophyta (Landplanten)
Klasse:Spermatopsida (Zaadplanten)
Clade:Bedektzadigen
Clade:Eenzaadlobbigen
Clade:Commeliniden
Orde:Poales
Familie:Cyperaceae (Cypergrassenfamilie)
Geslacht:Carex (Zegge)
Soort
Carex cespitosa
L. (1753)
Afbeeldingen op Wikimedia Commons Wikimedia Commons
Polzegge op Wikispecies Wikispecies
Portaal  Portaalicoon   Biologie

De polzegge (Carex cespitosa) is een overblijvend kruid dat behoort tot de cypergrassenfamilie (Cyperaceae). De plant komt van nature voor in Eurazië. De polzegge staat op de Nederlandse Rode Lijst van planten als zeer zeldzaam en matig afgenomen.

De plant wordt 30-50 cm hoog. De ruwe, dunne stengels zijn scherp driekantig. De 1-3 mm brede, stijve bladeren zijn helder- of geelgroen, waarvan de onderste, sterk rafelende (fijnmazige) bladscheden donker roodbruin of bijna zwartbruin zijn. De bladeren zijn even lang als de stengel. Het tongetje is duidelijk hoger dan breed. Aan de voet van de aar zit een cladoprofyllum.

De polzegge bloeit in april en mei. De één of twee 1-2 cm lange, rechtopstaande vrouwelijke aren zijn losbloemig. De bloem heeft twee stempels. De schutbladen zijn borstelvormig en niet langer dan 1 cm. Bovenaan de bloemstengel zit één mannelijke aar. Het 2-2,5 mm lange, gladde, opgeblazen urntje is bruingroen en heeft geen nerven of is zwak generfd. Het urntje is een soort schutblaadje dat geheel om de vrucht zit.

De vrucht is een lensvormig, 2 mm lang nootje en heeft een zeer korte snavel.

De plant komt voor in dichtgroeiende oude beekarmen en langs greppels in beekdalhooilanden.

Zie de categorie Carex cespitosa van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.