Ronde zegge

In dit artikel gaan we dieper in op het onderwerp Ronde zegge, dat de afgelopen jaren grote belangstelling heeft gewekt. _Var1 is een concept dat onderwerp is geweest van debat en discussie op verschillende gebieden, van politiek tot wetenschap. Door de geschiedenis heen heeft Ronde zegge een fundamentele rol gespeeld in de samenleving en vorm gegeven aan de manier waarop mensen met elkaar en de omgeving om hen heen omgaan. In deze zin is het essentieel om de verschillende aspecten die Ronde zegge omvatten, diepgaand te begrijpen, evenals de invloed ervan op de besluitvorming en de configuratie van de realiteit om ons heen. Daarom zullen we in dit artikel de verschillende benaderingen en perspectieven met betrekking tot Ronde zegge verkennen, met als doel licht te werpen op een onderwerp dat vandaag de dag nog steeds grote belangstelling en nieuwsgierigheid opwekt.

Ronde zegge
Ronde zegge
Taxonomische indeling
Rijk:Plantae (Planten)
Stam:Embryophyta (Landplanten)
Klasse:Spermatopsida (Zaadplanten)
Clade:Bedektzadigen
Clade:Eenzaadlobbigen
Clade:Commeliniden
Orde:Poales
Familie:Cyperaceae (Cypergrassenfamilie)
Geslacht:Carex (Zegge)
Soort
Carex diandra
Schrank (1781)
Afbeeldingen op Wikimedia Commons Wikimedia Commons
Ronde zegge op Wikispecies Wikispecies
Portaal  Portaalicoon   Biologie

De ronde zegge (Carex diandra) is een overblijvend kruid dat behoort tot de cypergrassenfamilie (Cyperaceae). De plant komt van nature voor in de koel-gematigde en koudere streken op het noordelijk halfrond. De ronde zegge staat op de Nederlandse Rode Lijst van planten als zeldzaam en sterk afgenomen. Het aantal chromosomen is 2n = 60.

De plant wordt 20-70 cm hoog en vormt losse of soms dichte pollen. De onderaan bijna ronde en bovenaan driekantige stengels hebben iets gewelfde kanten. De bladeren zijn korter dan de stengel en 1,5-2 mm breed, waarvan de onderste bladscheden dof zijn.

De ronde zegge bloeit in mei en juni met 1-5 cm lange bloeiwijzen, waarvan de onderste takken tot 1 cm lang kunnen zijn. Boven aan de aar zitten de mannelijke bloemen en onderaan de vrouwelijke. De vrouwelijke bloem heeft twee stempels en de mannelijke bloem drie meeldraden. De roodbruine tot lichtbruine, 3 mm lange en 2 mm brede, eironde kafjes hebben een breed vliezige rand en een spitse top. Het 3-4 mm lange en 1-1,5 mm brede, sterk glanzende, iets afstaande of rechtopstaande urntje is donkerbruin en heeft aan de rugzijde ongeveer 6 onduidelijke nerven. Aan de buikzijde is het niet of zwak generfd. Het urntje is een soort schutblaadje dat geheel om de vrucht zit.

De lichtbruine vrucht is een lensvormig, 1,5 mm lang en 0,7 tot 1 mm breed nootje en heeft een tweetandige snavel.

De plant komt voor op natte, vrij voedselarme grond in trilveenmoerassen, moerassige hooilanden en soms in ondiep water.

Zie de categorie Carex diandra van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.